Na het lezen van Vrouwen moeten aan de strip van Natasja van Loon, vroeg ik aan mijn vrouw waarom ze eigenlijk geen strips las. Haar antwoord: ‘Omdat er alleen maar flauwekul in staat’ was de aanzet tot dit artikel.
Onderzoek heeft aangetoond dat vrouwen boeken lezen waarmee ze zich kunnen identificeren en mannen meer op zoek zijn naar spanning. Dat verklaart ook een beetje waarom meisjes vroeger de Tina lazen en jongens de Eppo. De strips uit de Eppo en Pep werden vrijwel allemaal in albumformaat uitgegeven, voor de Tina gold dat zeker niet. Met andere woorden, het aanbod voor vrouwen was veel kleiner.
Met de komst van de Graphic Novels en Manga veranderde dat. De verhalen van bijvoorbeeld Aimée de Jongh en Marjane Satrapi sluiten naadloos aan bij de interessewereld van de moderne vrouw. Wat betreft Manga is er bij vrouwelijke studenten zelfs sprake van een kleine hype. ( In Engeland zelfs een grote) Wat is dan de reden dat de Graphic Novels hen niet bereiken.
Ten eerste wil ik het onderwijs noemen. Graphic Novels worden vrijwel niet toegelaten tot de boekenlijsten van het middelbaar onderwijs. Een uitzondering wordt gemaakt voor bijvoorbeeld ‘De Avonden’ van Van het Reve, maar daar wordt de tekst dan ook integraal in afgedrukt. De jeugd richt zich tegenwoordig, kijk naar Tiktok en Facebook, op beelden. Het niet promoten van Graphic Novels voor de boekenlijst is een gemiste kans om ze weer aan het lezen te krijgen.
Een andere, overigens schandalige, reden is het niet vermelden van strips in de top 60 van de CPNB. De verantwoordelijke personen binnen de stichting geven aan dat de boekverkopers en uitgevers hier geen belang bij hebben en omdat zij de rekening van de stichting betalen…..
Wanneer dit werkelijk zo is dat moeten ze zich bij het CPNB schamen. Ze profileren zich als onafhankelijke stichting die het gelezen boek wil promoten. Van enige onafhankelijkheid is op deze manier geen sprake.
Neem een voorbeeld aan de situatie in België. De verkoopcijfers van boeken en strips zijn daar een gelijkwaardig uitgangspunt voor plaatsing in de top 100 lijsten. Het gevolg is dat vrouwen veel meer strips lezen en goed op de hoogte zijn van het aanbod.
Misschien is het verstandig om meer publiciteit te geven aan de voor vrouwen beschikbare reeksen. De stripwinkels kunnen dat doen via Facebook en andere sociale media. Ook plaatsing van artikelen in bladen als de Linda is een stap in de goede richting.
De stripuitgeverijen moeten hun invloed maar eens laten gelden bij het CPNB. Iets wat ze de gezamenlijke stripverkopers onderhand wel verschuldigd zijn.