Vorige week zag ik tijdens een uitzending van “Verzamelwoede” een man die alle puzzels verzamelde van Jan van Haasteren. Wat trekt de puzzelfanaat naar deze krankzinnige werelden? Eerst wat bijzondere feitjes omtrent dit puzzelfenomeen.
Weinig mensen zullen weten dat Van Haasteren begon bij de Toonderstudio’s. Hij werkte mee aan de strips Tom Poes en Kappie. Voor de Donald Duck tekende hij de strip Hiawatha. Na een kort verblijf bij Joop Geesink, waar hij Rick de kikker tekende, begon Van Haasteren voor zichzelf. In die tijd heette dat met een deftig woord “freelancer”, een mooier woord dan ZZP’er vind ik persoonlijk. Hij bedacht de strips “Bartje en opa” en Sjaak en oom George”.
Voor de Pep ontwikkelde hij “Baron van Tast tot Zeveren.” Deze chaotische strip, waarop sommige plaatjes tientallen absurde dingen gebeuren, vormt mijns inziens de basis voor zijn puzzelsucces. Handen komen uit de grond, vissen zwemmen door het zand en Sinterklaas zit vast in een gootsteenputje. Hoe vaak je ook kijkt, je zult steeds iets nieuws ontdekken. Het is dus niet alleen het puzzelplezier, maar ook het kijkplezier.
Mijn vrouw is een groot liefhebber en als ze een nieuwe doos gekocht heeft, buigen we ons meteen over de afbeelding. Waar is Sinterklaas en waar komt de haaienvin tevoorschijn? Twee vaste gegevens die in vrijwel alle puzzels voorkomen. De echte kenners zullen op zoek gaan naar het kunstgebit en een afbeelding van Jan zelf.
Dat de puzzels populair zijn blijkt wel op internet en rommelmarkten, waar ze nog altijd voor een behoorlijk bedrag verhandeld worden. Hier loop je echter een risico. Vaak zijn de tweedehands puzzels niet compleet. Hoe het mogelijk is weet ik niet, maar er ontbreekt dan precies één stukje. Laten we het maar het Van Haasteren-syndroom noemen. Een drama voor de rechtgeaarde puzzelfanaat.