Op verzoek van meneer Akim leest Herman Het vergeten eiland van Paolo Antista en Xavier Betaucourt. Het stripboek komt uit de reeks Diedeldus van uitgeverij Daedalus en is bedoeld voor jongeren. Hoewel hij het een leuk stripboek vindt, is het hem niet helemaal duidelijk voor welke leeftijd dit boek geschikt is. Hij besluit een expert te raadplegen.
Vanaf het moment dat Herman het gebouw betreedt, schieten de herinneringen door zijn hoofd. Dit was zijn middelbare school en ondanks dat er 30 jaar verstreken is, is de sfeer nog steeds hetzelfde. Vooral de kenmerkende schoolgeur voert hem in gedachten terug naar de mooiste tijd van zijn leven.
‘Je bent niet veel veranderd Herman,’ klinkt het achter hem.
Hij draait zich om en herkent onmiddellijk zijn oude mentrix mevrouw Hamers. Hij schudt haar enthousiast de hand en vertelt dat hij een afspraak heeft met een leraar Nederlands.
‘De heer Dragt is wegens ziekte verhinderd en daarom neem ik zijn plaats in. Ik had begrepen dat je een vraag had over leesniveaus in stripboeken?’
Herman knikt en volgt haar naar een ouderwets directiekantoor. De herinneringen die hij daaraan heeft, zijn iets minder vrolijk.
‘Ik vind je vraag over het leesniveau van stripboeken essentieel,’ zegt mevrouw Hamers. ‘Ik ben er zelf een groot voorstander van, om dit ook op stripboeken te vermelden. Voor de lagere school betekent dat een van de 12 AVI- niveaus en voor de leeftijd 12-15, niveau start tot en met 4.
‘Dit stripboek zou ik plaatsen ergens tussen niveau 1 en 2 voor de leeftijd tot 15 jaar. Dat betekent praktisch dat het taalgebruik redelijk eenvoudig is, niet te lange zinnen, aandacht voor emoties van de hoofdpersonen en veel actie en drama. Het is een meerwaarde voor de lezer en zijn ouders, wanneer dit niveau op de achterkant vermeld staat. Op die manier kunnen ze samen met het onderwijs zorgen dat jongeren die een hekel aan lezen hebben, over de drempel getild worden. Het sluit dan perfect aan bij de huidige jeugd, die erg visueel ingesteld is.’
In de bus naar huis leest Herman de documentatie over de verschillende leesniveaus, die mevrouw Hamers aan hem meegegeven heeft. Hij realiseert zich dat het een tijdrovende taak is voor uitgevers om alle stripboeken op die manier te beoordelen. Misschien kunnen ze beginnen met de strips voor het jongste kind. Uiteindelijk zou het mes wel eens aan twee kanten kunnen gaan snijden, om via het onderwijs de jeugd weer enthousiast te maken voor de 9e kunst. De extra tijdsinvestering wordt dan dubbel en dwars weer terugverdiend.