“Natuurlijk heb ik dat deeltje lieve jongen. Uiteraard niet deze goedkope volksuitgave, maar de luxe uitgave met originele prent. Wie verzamelt, moet het ook goed doen.”
Herman baalde als een stekker. Diederik was weer komen aanwaaien met maar één doel: de verzameling van hem compleet belachelijk maken. Hij had hem uitgedaagd door te vragen of hij de hardcover deel 17 van Thorgal in bezit had. Trots had Herman zijn exemplaar uit de kast gehaald, waarna Diederik hem erop wees dat hier toch echt sprake was van een tweede druk. Hij had zelf natuurlijk een eerste druk in nieuwstaat, die aan de brand in het distributiecentrum ontsnapt was.
Na een 20-tal pogingen gaf Herman het op. Hij kon niet concurreren met iemand die een bedrag met 6 nullen op zijn rekening had staan. Hij wilde naar beneden lopen voor de koffie, toen Diederik hem met een laatste opmerking extra probeerde te sarren:
“Het is gewoon duidelijk Hermantje. Van elk zielig, stom, ordinair boekje dat jij in je schamele stripcollectie hebt, bezit ik een duurder en mooier deel. Zo is het leven vent, de een heeft veel en de andere mag daar, heel misschien, naar kijken.”
Herman wilde hem voor rotte vis uitmaken, toen hem iets te binnen schoot.
“Dus als ik het goed begrijp heb jij alle stripboeken die ik ook heb en tevens in duurdere staat?”
Diederik knikte en keek hem vragend aan.
“Wedden voor een goeie fles cognac van niet?”
Diederik ging akkoord en Herman lief triomfantelijk terug naar zijn stripkamer.
5 minuten later genoot hij van een lekker bakkie koffie. Diederik was even naar de slijter om een fles Courvoisier XO te kopen. Het tweede kopje zou dus extra goed smaken.
“Hoe wist jij eigenlijk dat hij die serie niet in bezit had,” vroeg Babs.
“Omdat hij me die met Sinterklaas cadeau had gedaan, met een van die gezellige opmerkingen van hem. Kijk eens Hermantje hier heb je de complete serie van Wip en Woep. Hoef je daar in ieder geval het komende jaar niet naar te zoeken.”