Tegenover de kinderboerderij van zijn moeder staat een bankje. Sinds kort neem daar af en toe een oude man plaats om van het uitzicht te genieten. Lars houdt hem regelmatig gezelschap.
- Hallo meneer Schonewille
• Ha die Lars, wat ben jij van plan?
- Ouwe troep uit de boerderij naar de stort brengen.
• Mooie bakfiets.
- Yep, die is nog van mijn grootvader geweest.
• Je hebt heel wat spullen in de bak liggen.
- Ja en dit is nog maar een fractie. De hele zolder ligt er mee vol.
• Beetje zonde eigenlijk. Waarom verkoop je het niet?
- Deze ouwe meuk? Wie heeft daar nou belang bij.
• Je zult versteld staan wat mensen allemaal mooi vinden.
- Nou ik ga echt niet alles op marktplaats zetten hoor, veel te veel werk.
• Hoezo marktplaats? Je kunt toch ook naar een rommelmarkt gaan. Wat dan overblijft kun je altijd nog weggooien.
- Op een rommelmarkt kost een plek zomaar 25 euro, vertelde mijn moeder. Met deze bagger duurt het dagen tot ik dat weer terug heb.
• Ik denk dat je het bij het verkeerde end hebt. Op een rommelmarkt lopen de meest vreemde scharrelaars die juist op zoek zijn naar de spullen die jij daar bij je hebt.
- Zoals?
• Nou dit bijvoorbeeld. Dit is een oude carbidlamp die vroeger als fietsverlichting werd gebruikt. Voor zo’n ding is 20 euro niks.
- Huh?
• En deze zaklamp noemen ze een knijpkat. Die werd in de oorlog gebruikt, weer 20 euro.
- Dat meent u niet.
• Jazeker en dit hier is voorlopig het topexemplaar.
- Deze ouwe zaag?
• Dat noemen ze een spanzaag. Verzamelaars zijn daar gek op. Je moet niet raar opkijken als je er 50 euro voor vangt.
- Dat klinkt allemaal reuze interessant, maar ik heb er geen verstand van. Hoe moet ik nou weten wat de prijs van zoiets is?
• Misschien kunnen we het op een akkoordje gooien.
- Hoe bedoelt u
• Als we samen gaan kunnen we de plek delen en vertel ik je wat de prijzen zijn.
- Maar dan kost het u toch alleen maar geld?
• Natuurlijk niet. Ik heb thuis nog strips van Buck Danny, Michel Vaillant en ga zo maar door. Die kan ik dan zelf verkopen.
# Het kan ook nog anders.
• Hoi Ingrid, ik merkte helemaal niet dat je achter ons stond. Ik schrok me dood.
- Hoi mam, hoe bedoel je anders?
# We kunnen op de kinderboerderij een schuurverkoop organiseren. Jullie kunnen dan je eigen spullen verkopen, op voorwaarde dat 10% van de opbrengst naar de kinderboerderij gaat.
• Dat is nou echt een goed plan. Ik zal een flyer maken die we in de wijk kunnen verspreiden en een berichtje op Facebook zetten.
- Goed idee, dan haal ik de rest van die meuk van zolder. Meneer Schonewille weet wel wat het waard is.
# Zondag over 14 dagen dan maar?
• Dat moet lukken. Die flyer is zo gepiept en dan kan ik nog wat oude Asterix- en Lucky Luke albums bij elkaar zoeken.
- Even deze meuk terug de schuur in rijden en dan aan de bak.
# Zo doet hij tenminste nog wat nuttigs tijdens de vakantie.
• Precies en hij leert er ook nog wat van. Tot later Ingrid.
- Tot later meneer Schonewille.
