Op 12 oktober aanstaande viert men de dag van de Groninger geschiedenis. Op het Cascadeplein vindt ter gelegenheid hiervan een uitgebreid programma plaats. Maar hoe is de Groninger geschiedenis vertegenwoordigd in Stripland?
Eigenlijk kunnen we hier kort over zijn. Het enige stripboek waar uitgebreid wordt stilgestaan bij de geschiedenis van Groningen, is “Het laaiende vuur” van Robert en Bertrand. Toch wel bijzonder voor een van oorsprong Belgische strip. Een luxe uitgave samen met een zeefdruk van het Academiegebouw, verscheen tijdens de viering van Groningen 950.
Naast de bekende volkszanger Jan de Roos, café de Drie Gezusteres, De kleine Kromme Elleboog en de Boteringestraat, zien we enkele historische gebeurtenissen de revue passeren.
Zoals de ontmanteling van de vestingwerken in het laatste kwart van de 19e eeuw. Dit leidde tot de aanleg van het Noorderplantsoen. Als gevolg hiervan werd ook de Herepoort in 1874 afgebroken. Daarna werd de poort in de tuin van het Rijksmuseum weer opgebouwd. Een Gronings stuk geschiedenis in een Amsterdamse achtertuin, triest. Laat ze daar eens wat geld aan besteden, in plaats van de bouw van een megalomaan forum.
Aan het eind van het boek wordt uitgebreid stilgestaan bij de blikseminslag in de Martinitoren. Volgens het verhaal viel daarbij de paardenwindvaan in stukken. Dit klopt niet helemaal, omdat naar mijn idee de paardenvaan pas na de inslag van 1822 geplaatst werd.
Zelf vind ik het leuk dat de hoofdpersoon Dieuwertje de eerste vrouwelijke studente wordt genoemd die een universitaire opleiding heeft afgerond. Een prachtige verwijzing naar Aletta Jacobs. Al schrijvend besef ik dat er in Groningen genoeg gebeurt wat stripboekwaardig is. Het zou me dan ook niet verbazen als ze ooit D’Ollegrieze afbreken en hem aan Nieuw-Buinen verkopen. Het Gronings stadsbestuur misstaat in geen enkel stripboek.