Ondanks dat sommige mensen vinden dat cartoons niet echt tot de stripwereld behoren, wil ik er in de eerste blog van dit jaar toch aandacht aan besteden. Misschien omdat het een van de weinige uitingsvormen is, ondanks de belachelijke actie van de Volkskrant n.a.v. een cartoon van Jos Collignon, waarbij de vrijheid van meningsuiting nog steeds een groot goed is.
Een cartoon of spotprent is een humoristische tekening, soms voorzien van een onderschrift, die kan gebruikt worden als commentaar of kritiek op actuele gebeurtenissen of maatschappelijke trends, aldus Wikipedia. Dat niet alle cartoons als humoristisch worden opgevat, blijkt wel uit de gebeurtenissen bij Charlie Hebdo in 2011 en 2015. Naar mijn bescheiden mening een trieste zaak. Is het dan misschien verstandig om de onderwerpen van cartoons van tevoren te beoordelen?...natuurlijk niet! Een dictatuur begint altijd met de geleidelijke inperking van journalistieke vrijheid, voorbeelden te over.
In Nederland kent vrijwel elke zich serieus nemende krant een cartoonist. De meest geniale uit het verleden zijn waarschijnlijk Peter van Straaten, en Yrrah . Van Straaten richtte zich op de kleinburgerlijke mens, terwijl bij Yrrah dood en verval de terugkomende thema’s waren.
Van de huidige cartoonisten wil ik er een drietal kort aantippen.
Allereerst Paul Kusters met zijn ongeëvenaarde Toos en Henk. Kusters is de enige die al zijn cartoons maakt rond steeds hetzelfde kleinburgerlijke stel. Het bestaat vrijwel altijd uit 1 plaatje, met daarboven het onderwerp dat geparodieerd wordt. Zeer origineel en creatief, maar zelden op het randje. Waarschijnlijk is dat ook de reden dat het in zoveel verschillende kranten geplaatst wordt.
Van een hele andere orde is Gummbah.(pseudoniem van Gertjan van Leeuwen) Hij creëert een eigen wereld, die regelmatig ver over de maatschappelijk bepaalde grenzen heen gaat. Door de absurdistische manier waarop hij dit doet, wordt het toch redelijk kritiekloos geaccepteerd. Ik vind het geweldig, een cartoon die je raakt in je onderbuik en vaak projectieve schaamte tot gevolg heeft.
Als laatste natuurlijk Hein de Kort in Het Parool. Zijn opzet is vergelijkbaar met Paul Kusters, maar niet met dezelfde hoofdrolspelers. Het cynisme en persoonlijk drama druipt van de tekeningen af. Dit in combinatie met zijn persoonlijke tekenstijl en de gezichtsuitdrukkingen van zijn personages, maakt het voor mij tot de beste cartoons in de Nederlandse kranten.